Bevrijdingsverslag van Piet Bouma
Hijzelf was op het moment van schrijven 36 jaar, en door zijn ziekte (MS) bedlegerig. Die ziekte heeft zijn lichaam aangetast maar niet zijn geest, met een enorm opmerkzaam vermogen beschrijft hij, nuchter en optimistisch, de periode van de bevrijding - en de gevaren die nog steeds op de loer lagen.
Tijdens de periode schrijft hij ook het wetenschappelijk boek "Kleuren en Kleurindrukken". In de inleiding staat: Eindhoven, Prinsjesdag 1944....Kinderen, met oranje getooid, dansen en zingen in een grasperk, onder de schaduw van een geel Amerikaans valscherm". Deze observatie lezen ook in het verslag hieronder...
Dit boek en onderzoek is van belang geweest voor de ontwikkeling van de kleuren-TV. In 1932 en eerder is hij betrokken bij de uitvinding van het natriumlicht van belang voor wegverlichting in Europa.
De onderstaande brief bestaat uit 25 kantjes, Ze zijn door Petra van den Berge overgetypt. Het oorspronkelijke verslag was ook getypt, in het Nederlands van 1944. De tekst hieronder is omgezet naar het huidige Nederlands. Woorden zoals menschenlevens, arresteeren, partisanen, padvinderscostuum ,officieele en Duitschers zijn vervangen door de huidige schrijfwijze.
Het oorlogsverslag van 25 pagina's beschrijft de Eindhovense periode van 17 september 1944 (18 sept. is Eindhoven bevrijd) tot mei 1945. De bevrijding van heel Nederland en 8 mei Europa.
Foto's komen deels uit prive archief, https://beeldbankwo2.nl/nl/ , www.delpher.nl, catawiki, ebay en EIB.
Dit verhaal is ook te beluisteren als podcast
Het Eindhovens Dagblad heeft dit verhaal omgezet naar een luisterverhaal in 10 delen. Deze ED Podcast staat hier
Het verhaal is ook op Spotify aanwezig.
Beste allemaal,
De boeren hebben het nog nooit zo gemakkelijk gehad met de aardappelen-oogst: ze hadden niets anders te doen dan de planten “om te leggen”, en achter ze aan werden de piepers door de ongeduldige klanten geraapt, in zakken gedaan, betaald en weggedragen! Na een hele dag rooien was er geen aardappel meer op het veld te bekennen. Daar er volgens dat systeem niets bij de groenteboeren komt, waren wij wel gedwongen om op dezelfde manier ons voorraadje aan te vullen.
De militaire toestand was hier in de buurt volgens ons gisterenavond ongeveer zo: de Geallieerden zouden, zonder al te veel weerstand, de streek rond Eindhoven hebben kunnen bezetten (en dat zouden ze de hele week al hebben kunnen doen), maar deze beweging paste blijkbaar nog niet in het gehele Geallieerde programma, waarvan Eindhoven natuurlijk maar een onbetekenend onderdeel uitmaakt. x)
---- x) Inderdaad bleek dit weldra het geval te zijn: de bezetting van Eindhoven bleek een onderdeel te zijn van een veel grotere operatie
Verkenningstroepen waren al tot op 10 km ten Zuiden van Eindhoven doorgedrongen, maar de hoofdmacht zat nog in België. zo kalmpjes zaten we er nog vanmorgen vroeg over te redeneren; Tine is heel in de vroegte nog naar een bevriende boer in Son (8 km ten Noorden van de stad) gefietst om een litertje volle melk. De hele morgen zaten er echter al veel verkenningsjagertjes in de lucht, en om elf uur begon weer één van de “tekenen aan de hemel”, waar ik het al over had, en die uitgroeide tot dusdanige afmetingen, dat het nu wel zeker is, dat deze brief jullie voorlopig wel niet bereiken zal!
Het begon ermee, dat we naast de gebruikelijke jagers ook grote groepen bommenwerpers te zien kregen. Ze vlogen niet zo bar laag, maar toch wel zo dat we ze met gemak tellen konden en ook het type vaststellen. De eerste groep (een zeer klein onderdeel van wat er nog volgde) bestond uit 78 viermotorige bommenwerpers! De volgende groepen hebben we niet zo nauwkeurig geteld, daar de eerste begonnen waren te bombarderen, en dan durven wij niet onafgebroken op de balkons te staan. (eigenlijk onzin, want de doelen lagen minstens 5 km. verder, en afweergeschut – Ireentje zegt getut – is er niet meer). Het bombardement was gericht op de Duitse versterkingen in de buurt van de kanalen, 5 – 15 km. NW, N en NO van Eindhoven. De ene groep na de andere volgde en liet zijn last vallen, elke groep keurig in verband vliegend van 6 x 6 = 36 vliegtuigen. Toen we na een uurtje uitgedreund waren, ben ik weer ter ruste gegaan. Weldra kwamen er groepen jagertjes, om de resultaten waar te nemen. Het leek op het laatst wel een show van de verschillende geallieerde typen: 1, 2 en 4-motorige jacht- bomb.- en verkenningstoestellen, met 1 of 2 staarten, enz. Maar het mooiste moest nog komen! Om 2 uur ging Tine ook wat rusten, met het verzoek haar in geen geval wakker te maken behalve – voegde zij er voor de grap aan toe – in geval van geallieerde parachutisten! Ze lag er nog geen half uur in, toen ik weer massa’s vliegtuigen hoorde. Ik sloop naar Ireentjes kamer om ze van het balkon af te bekijken. Het waren grote transportvliegtuigen van een type dat we nog niet eerder hadden gezien. Iedereen stond natuurlijk op de uitkijk voor ramen, op balkons en op daken. Plotseling klonk de kreet van de daken: parachutisten! En werkelijk, toen er een troepje van 36 voorbij was, bleken ze honderden, op onze afstand als bolletjes waarneembare voorwerpen achtergelaten te hebben, die langzaam naar de grond zakten. Alles in de richting Son, waar ze vanmorgen ook al zo bezig waren geweest. Ik wilde juist Tine wekken, met de boodschap dat haar profetieën uitgekomen waren, toen ik haar al op straat zag, daar de buren meenden een beter uitkijkpunt te hebben dan wij. Emmy holde achter haar aan. Ik bleef maar bij Ireentje, die onverstoorbaar haar middagdutje voortzette. Het ene groepje na het andere liet zijn bolletjes los. Jagertjes van diverse typen vlogen er in alle richtingen omheen. De laatste twee groepen lieten geen bolletjes los: dat bleken transportvliegtuigen met voortgesleepte zweefvliegtuigen te zijn; de laatste werden losgelaten en landden, allen in dezelfde richting. Later hoorden we het gerucht, dat ten ZO van Eindhoven (richting Leende) iets dergelijks zou hebben plaatsgehad x)
---- x) Dit gerucht bleek later onjuist te zijn. Wel werden er op dezelfde dag ook luchtlandingstroepen bij Nijmegen en Arnhem afgezet, maar die werden deze dag niet over Eindhoven gedirigeerd.
Toen de rust was weergekeerd, begon men de nieuwe situatie te bespreken, en kwam men tot de conclusie, dat nu toch uiterlijk morgen de geallieerden uit het Zuiden op zouden komen zetten. Tot nu toe – kwart voor zes Zondagavond – is er nog niets gebeurd, behalve wat niet al te erge ploffen van diverse kanten (slotakkoord van het Duitse Sprengkommando!) en een voortdurende verkenning door jagers. Er heeft zich vandaag weer geen enkel Duits vliegtuig vertoond en het afweer was miniem. Van de duizenden vliegtuigen, die we vandaag gezien hebben, allen op klaarlichte dag, laagvliegend, zijn er waarschijnlijk maar twee verongelukt. Daar ik overtuigd ben, dat deze brief onder de gegeven omstandigheden zijn bestemming niet zal bereiken, bewaar ik hem voor jullie, en zal er van tijd tot tijd nog wat bijschrijven...
Zondag 17 sept. 1944 ‘s-avonds. Vanmiddag nog verschillende plaatselijke ontploffingen bij Philips, waar de Duitsers ketelhuizen, machinekamers en andere centrale punten proberen te verwoesten. Daar het allemaal nogal gehaast en onverschillig plaatsvindt, valt de schade achteraf nog mee.
Na het eten een nieuwe sensatie: ze zullen het PNEM transformatie gebouwtje (schuin tegenover ons huis) in de lucht laten springen! Na links en rechts mijn licht opgestoken te hebben, blijkt dit gerucht een vrij grote waarschijnlijkheid te bezitten, en we nemen de nodige voorzorgen. Vóór de ramen open, en de mensen achter in het huis. We wachten geruime tijd; als eindelijk de drie paffen komen, valt het erg mee: zelfs geen enkele ruit kapot. Maar het transformatorhuisje, dat natuurlijk veel transformatorolie bevatte, brandt als een lier, met dikke zwarte rookwolken. Kans op uitbreiding was gelukkig gering: het staat nogal geïsoleerd, er was geen wind, en motregen. Vrijwilligers trokken er met spaden op uit, om door zandblussing nog te redden wat er te redden viel. (Op dezelfde wijze hebben burgers verleden week een schoolgebouw geblust, daarbij de kostbare bibliotheek van het Nat.Lab, die in het aangrenzende perceel “veilig opgeborgen” was, voor ondergang gespaard.) Na ca. 3 uur was ook dit brandje geblust.
Maandag 18 sept. Vannacht niet veel geslapen. Tot 3 uur toe voortdurend geschut van afwisselende hevigheid. Kanonschoten die blijkbaar op ca. 10 km afstand (Valkenswaard) afgeschoten werden, kleinere knallen in veel groter aantal, alles uit richting Zuid. Een paar schoten, die op slechts 4 km afstand gelost werden, deden ons om twee uur in de kleren schieten, om op alles voorbereid te zijn. (4 km is de zuidrand van de stad). Maar er kwam niets van. Misschien had ik verkeerd geteld, misschien waren het losse schoten, zoals we wel meer gehoord hadden in de nacht. Een poosje daarna werd het schieten veel minder hevig, zodat we zowaar nog een paar uurtjes slapen konden. Om zeven uur waren we alweer wakker, en onze eerste gedachte was: vandaag gaat het gebeuren!! En het ging gebeuren! Om zeven uur hoorden we weer schieten, maar heel anders dan vannacht. Veel dichter bij, in hoofdzaak machinegeweren, zo nu en dan licht kanonvuur. En het kwam van het noordoosten!
Maar toen de vreugde ongeveer op het toppunt was (5 uur) kwam ineens de waarschuwing van de partizanen, dat de terugtrekkende Duitse SS-divisies uit het Zuiden in aantocht waren, en dat het verstandig zou zijn, om schieten op de burgerij te voorkomen (zoals bekend, is de SS het schuim van het Duitse leger), alle vlaggen enz. even binnen te halen, tot ze voorbij waren. Er werd natuurlijk gehoorzaamd, en na een kwartier had het plein en de straten zijn vroegere kale uiterlijk, en iedereen werd zich bewust, dat de bevrijding nog niet helemaal definitief voor elkaar was, al hing aan de officiële gebouwen ook de Amerikaanse oorlogsvlag! Dit werd onder feestvreugde door menigeen vergeten ondanks de waarschuwende geluiden van het verderaf gelegen geschut. Maar vanavond hebben we geen terugtrekkende Duitsers gezien. Misschien zijn ze onderweg al allemaal gevangen genomen of gesneuveld. Wel hebben we om 6 uur een dertigtal Duitse krijgsgevangenen door partizanen zien opbrengen (waarschijnlijk van de parachutisten overgenomen). Doodvermoeide lui, verscheidenen een uitdrukking in hun gezicht van: goddank, het is afgelopen. Ook schijnen er om dezelfde tijd weer nieuwe geallieerde parachutisten ten noorden van Eindhoven gedaald te zijn, maar verdere bijzonderheden ontbreken nog. x)
---- x) Later blijken het luchtlandingstroepen geweest te zijn, aangevoerd door transportzweefvliegtuigen; ze zijn ook al bezig, om een provisorisch vliegveld op de hei aan te leggen.
Zeven uur: de laatste apotheose van deze emotievolle dag: Tine was even met de kinderen bij het tankstation kijken, of er nog wat te beleven viel, en ik was alleen thuis, toen plotseling weer grote beweging in de massa kwam en de kreet: “de tanks zijn er” weerklonk. Nu kenden wij het geluid van een rijdende tank al, maar het geluid van een onafgebroken colonne van zware tanks was toch nieuw voor ons.
Ik mijn broek aangeschoten, en op mijn sloffen naar het tankstation geschuifeld, tezamen met honderden andere mensen. En ja, daar ging de stroom, hoor. Allemaal Engelsen (de parachutisten waren allemaal Amerikanen geweest). Het was een gezicht om nooit te vergeten. Het ging met ca. 25 km snelheid voorbij. Tanks van verschillende typen, grotendeels enorm zware monsters, waar alles wat we tot nu toen gezien hadden, in het niet bij verzonk: “stalen bakbeesten”, “rollende olifanten”, “stalen huizen” waren de uitdrukkingen die ik om me heen hoorde. En dan weer kleinere tanks, manschappenwagens, transportwagens en om de zoveel tanks telkens twee Rode Kruis wagens. Alles in perfecte orde, elk pakje op zijn plaats, net of ze zo van huis waren vertrokken voor een parade. En dan te bedenken, dat ze gisteren en vanmorgen nog zwaar gevochten hadden om de laatste weerstand bij Valkenswaard te overwinnen! Alles ging met een flink tempo in de richting Nijmegen. De brug bij Son was weliswaar door de Duitsers opgeblazen, maar de transportzweefvliegtuigen hadden al een nieuwe brug aangevoerd en die was ook al gemonteerd, zodat de colonne ongehinderd door kon rijden. Opvallend was, dat elke grote eenheid onder het rijden voortdurend in radiocontact stond met de leiders: de antennes zag je uitsteken boven de wagens en een van de kerels zat voortdurend met de koptelefoon te luisteren. Dat moet ook wel, bij zo’n optocht van meerdere tientallen kilometers lang. En dat rolde meer dan drie uur bijna onafgebroken voorbij! In het latere gedeelte van de stoet werden ook talloze onderdelen van bruggen en boten meegevoerd, waarschijnlijk met het doel om de overtocht over de rivieren te kunnen forceren. De geweldige mensenmenigte was door het dolle heen. Daar voor elke auto of tank beslist een gejuich aangeheven moest worden, kon je weldra schorre stemmen horen! De eerwaarde broeders van de St. Pauluskerk waren zo enthousiast dat ze bijna te springen stonden in hun lange rokken. Meneer Pastoor zelf stond wat op de achtergrond en bewaarde zijn waardigheid. Wanneer er even wat langzamer werd gereden, werden er Engelse handen gedrukt, bloemen aangereikt, enkele woorden gesproken enz. Toen waren we pas allemaal geheel voldaan: de laatste twijfel was weggenomen: N.O.Brabant is vrij! En tevens heeft deze aanblik bij de mensen de overtuiging gewekt, dat ook de oorlog tegen Duitschland niet al te lang meer duren kan. x)
---- x) Dat is tenslotte toch nog lelijk tegen gevallen!
Iedereen vergeleek dit schouwspel met de terugtocht der Duitsers twee weken geleden. En wat een verschil! Die overtuiging werd nog versterkt door twee berichten (of waren het geruchten?) die vandaag de ronde deden: in de eerste plaats dat de Siegfried linie op verschillende plaatsen zonder bijzonder grote inspanning doorboord was, en in de tweede plaats een communiqué van de laatste bijeenkomst Roosevelt-Churchill, waarin stond “dat de strijd in het Westen bijna beslecht was xx)
xx) Dat was ook een overdreven optimisme!
en volgens de plannen voort rolde, en dat de heren zich daarom hoofdzakelijk met de vredesvoorwaarden en de strijd tegen Japan hadden bezig gehouden”.
Direct daarop kwam het antwoord op die gedachte, van de straat: er werd Engels gesproken!!! Afwisselend goed Nederlands school-Engels, en het onvervalste Amerikaanse “hete-aardappel-in-de-mond” Engels van een viertal Amerikanen, die behoorden bij het parachuteleger, en die zich hier een uurtje kwamen verpozen en zich laten bewonderen. Iedereen drukte ze de hand, en trachtte Engels te spreken, en kwam met kleine geschenkjes en versnaperingen aandragen. Men had ze graag eens lekker willen verwennen, maar dat viel niet mee, aangezien zij alles natuurlijk veel beter gewend zijn dan wij. Een van hen had nog zijn radiotoestel bij zich, dat ze direct na de landing gebruiken, een opzij van het lichaam opgehangen kastje (zowat twee sigarenkistjes in afmeting) met een er uitstekende antenne, dat zowel een zendtoestel als een ontvangtoestel bevat!
Woensdag 20 sept. Vandaag en gisteren trokken nog steeds van tijd tot tijd tankafdelingen van de Engelsen door, allen van het Zuiden komend, en in de richting Nijmegen vertrekkend. De West-Europese tijd is ingevoerd: de klokken zijn een uur verzet. Symbolische handeling, die ons losscheuren van Midden-Europa (dit is Mofrika) illustreert. Geen Oranje- of rood-wit-blauw-vertoon vandaag; na de gebeurtenissen van gisteravond zou dat niet gepast zijn geweest, en niemand was er ook toe in de stemming. Ik zelf voelde me buitengewoon lamlendig na de slechte nacht, daar schijn ik op het ogenblik slecht tegen te kunnen; maar een paar goede nachten doen me dan vrijwel herstellen.
Maandag j.l. per oranje strooibiljet bekend was gemaakt. Er stond nog niet veel in, maar het deed je toch goed! We hebben onze oude, afgezette burgemeester ook weer terug! Vanmiddag laat ons het electra weer eens in de steek, en we hebben bijna geen water. Maar niemand klaagt over die ongemakken. Dan had je ons eens moeten horen onder dergelijke omstandigheden in de “Duitse tijd”. Nu schikt elk zich er welgemoed in, en de mensen overtreffen elkaar in vindingrijkheid om zich te behelpen. Toen we nog electra hadden, maakten we thee en warmden prakjes op met behulp van mijn oude, listig opgestelde elektrisch straalkacheltje, en nu gaat Tine experimenteren met een kinderfornuisje uit haar jeugd, dat je met hout moet stoken. Kennissen hebben van stenen en zand een oven in de tuin geconstrueerd, waarop ze met cokes hun eten koken (zolang als het mooi weer blijft).
Vanmiddag liep het gerucht, dat de vijand weer uit de Bata-fabrieken was verdreven, en zich nu in de bossen bij Best nog schuil hield. Het komt ons wat twijfelachtig voor: later op de middag trekt een grote colonne, met veel kanonnen, maar zonder zware tanks, langs ons huis in deze richting, en ‘s-nachts en de volgende morgen horen we nog te veel geschiet in dezelfde richting, om aan te nemen dat daar alles al in kannen en kruiken is. Later op de dag bleek het vliegveld voorlopig alweer bruikbaar te zijn: tientallen vliegtuigen cirkelden een paar keer zonder enige hulp van Nederlanders (hoewel ze overigens genoeg vrijwilligers hadden kunnen krijgen!). Alleen betrekkelijk kleine types, 1 en 2-motorig, kwamen er aan. Voor de zware machines zijn de startbanen natuurlijk nog niet klaar (daar zijn de moffen een jaar mee bezig geweest). x)
---- x) een paar maanden later zagen we voor het eerst een paar 4-motorige toestellen dalen, maar niet veel, de grote bombardementen op Duitsland blijven direct uit Engeland plaatsvinden.
Zaterdag 23 september. Wel water, maar geen electra. Jammer, want nu kunnen we niet bij buur, de laatste radioberichten horen. En daar moeten we het tegenwoordig van hebben. zo hoorden we bijvoorbeeld voor het eerst via Londen, dat Heeze (8 km buiten Eindhoven!) ook bevrijd was. Vandaag was het de eerste dag met regen. Een strop voor de Engelsen, want een eerste eis voor het welslagen van de “Arnhem-operatie” is goed vliegweer. ‘s- Middags klaart het weer op, en we krijgen weer een grootse vliegdemonstratie te zien. De ene na de andere groep van transport-zweefvliegtuigen, getrokken door motorvliegtuigen, gaat zo laag over, dat we de kabel, waarmee zij verbonden zijn, duidelijk kunnen zien. Dan weer een groep transportvliegtuigen zonder sleep, dan weer een groep viermotorige bommenwerpers. Veel jagertjes er om heen. En alle groepen keren na korten tijd weer via Eindhoven terug, natuurlijk zonder sleep. Een gedeelte ging weer richting Arnhem, sommige groepen hadden een meer Oostelijke koers. Met enige onderbrekingen heeft het vuren ten N. van Eindhoven de hele dag voortgeduurd. In het begin van de middag was het zo hevig, dat we aan een luchtbombardement dachten. Maar een passerende Tommy verzekerde ons, dat het zwaar geallieerde geschut was, en dat we niet bang hoefden te zijn.
Het hele Philips de Jongh park en omgeving zit vol met kamperende Tommies; het is een Schotse brigade. ‘s-Avonds om 9 uur trekt met vele lawaai nog een grote gemotoriseerde colonne voorbij, met allerlei spullen, maar geen zware tanks. Ze trekken via ons pleintje ook in de richting van het park. Het duurt lang, want elk ogenblik stokt de karavaan in het donker. Voor het eerst zien we er ook marcherende troepen bij. Het is een herrie van belang; ook horen we er tussendoor weer een “luchttrein” passeren met bommen voor Duitsland. Om 10 uur half elf wordt alles stil, en kunnen wij tussen de knallen door (richting Best) proberen te slapen.
Woensdag 27 sept. Het militaire verkeer langs ons huis is nog aanmerkelijk toegenomen. Later blijkt, dat dit hoofdzakelijk voor richting Nijmegen bestemd is. Er gaan op het ogenblik bijna evenveel vrachtauto’s heen als terug: de heengaande gaan bij ons langs, de teruggaande door de Marconilaan.
Zaterdag 30 sept. De Duitsers zijn definitief uit Best gejaagd. Nu horen wij het geschut nog maar heel ver verwijderd. We krijgen drie eieren de man, in de eerstvolgende twee weken, en het vlees rantsoen is verhoogd! Vergelijk dat eens met de komst der Moffen, toen alle rantsoenen omlaag gingen! Maar de Engelsen gebruiken ook geen korrel Hollands voedsel (behalve wat ze soms door dankbare bevrijden wordt toegestopt). Hun voedsel, grotendeels in blik, hebben ze allemaal bij zich: het meeste komt uit Amerika!
Zondag 1 oktober Weer grote reeksen militaire transporten via ons pleintje. Ook door de lucht is veel verkeer; het ene troepje van 24 na het andere, allemaal grote bommenwerpers op weg naar Duitsland.
‘s-Middags aangename verrassing: er is weer electrische spanning! Emmy heeft het ontdekt: het licht in de keuken en de W.C. brandde. We moeten met het beetje, dat nu geproduceerd kan worden, nog erg zuinig zijn, maar in ieder geval is een lampje van 25 W toch heel wat anders dan een kaarsje of een knijp dynamo.
‘s-Avonds grote schrik: Duitse lichtkogels aan de N.O. hemel; toen ze gedoofd waren, verscheen aan de zuidelijke horizon een lichtschijn, volgens de Tommies (we hebben nu altijd militaire deskundigen bij de hand) een Engels toestel “in distress” (in nood), dat een lichtkogel uit wierp om een noodlandingsterrein te zoeken. De Duitse lichtkogels werden gelukkig niet door bombardementen gevolgd, waarschijnlijk was het een verkenning in verband met een flankaanval, want ‘s-nachts werd er nogal hevig geschoten. Vandaag hebben we pas gehoord, dat in niet-bevrijd Nederland sinds 14 dagen een spoorwegstaking heerst. x)
---- x) Hadden we geweten, hoe ver ze nog van het tijdstip van de bevrijding verwijderd waren, dan hadden ze zich nog wel eens bedacht, voor ze in staking gingen!
Maandag 2 oktober Alarmerende berichten over de voedselvoorziening in de grote steden. Hopelijk zijn ze wat overdreven. xx)
xx) Ze waren overdreven. Een half jaar later helaas niet meer.
Verder geen nieuws. Eindhoven komt weer betrekkelijk tot rust.
Dinsdag 3 oktober Tine gaat voor het eerst weer eens bij een paar bevriende boeren in Son op bezoek. Zaken zijn er niet te doen, de boer had nu Engelse thee, en de appels hadden ze ook al aan de Tommies gegeven (of geruild?). Die mensen hebben nog eens wat meegemaakt: Ze zaten in het gebied, waar de Amerikaanse parachutisten gedaald zijn. Ze hebben vele uren lang met twintig man in de kelder gezeten, terwijl de moffen zich in het huis boven hun hoofden verschanst hadden en de Yankees ze er uit trachten te schieten! Gelukkig hadden ze geen zwaar geschut tot hun beschikking, zodat het huis niet instortte, en toevallig ontstond er geen brand (in verschillende andere boerderijen wel). Toen de Geallieerden de overwinning behaald hadden, konden ze allemaal ongedeerd tevoorschijn kruipen, en de kogelgaten en dode moffen tellen. Een troost voor de door gestaande angsten was het idee, dat ze één van de eerste bevrijden waren hier in de streek.
Een paar straatjes verder liggen op een stukje weiland zes eenvoudige graven van Engelsen, met een kruisje er op, en bedekt met bloemen, grotendeels van Hollanders afkomstig. Waarschijnlijk gestorven, na door het Rode Kruis nog hierheen vervoerd te zijn.
Een eindje verder één eenzaam graf op dezelfde wijze met een kruisje, maar zonder bloemen. Daar ligt een Duitser ... Het verhaal gaat, dat hij misschien nog in leven was gebleven, wanneer er een bloedtransfusie was toegepast. Engelse vrijwilligers om hun bloed te leveren waren aanwezig, maar de mof was liever het hoekje om gaan, dan Engels bloed in zijn aderen opnemen. Waarin ze hem dan ook niet verhinderd hebben. ... Ik weet niet of het verhaal waar is, maar in ieder geval werpt het een juist licht op de menselijkheid van de Engelsen, en de fanatieke waanzin, die de Duitsers door het Hitler regime met zijn Blut und Boden theorie is bijgebracht!
Donderdag 5 oktober Ze zijn zowaar bezig het luchtalarm-systeem weer in orde te maken! Dat hadden de moffen bij hun weggaan ook nog even vernield. Een typisch staaltje van pesterij van de burgerbevolking, zonder militair doel. We schrokken wel even, toen, net op ons dagelijksch “blokje om”, onaangekondigd een proefalarm werd gemaakt, maar we hadden het gauw in de gaten. x)
---- x) Het herstelde systeem is nooit meer in gebruik geweest.
Vrijdag 6 oktober Dagelijks zien we grote zwermen bomb.vliegtuigen overvliegen. Vliegen ze laag, dan zijn ze meestal bestemd om vlak achter de Siegfried linie te bombarderen. De hoogvliegers, die van die mooie strepen achterlaten, (ik telde er vanmorgen 180), gaan verder Duitschland in.
Emmy vertoont met trots haar eerste losse tand! De scholen zijn nog steeds gesloten.
Verlaging van het boter rantsoen, maar niemand moppert. De Bata-fabrieken bij Best, waarvan volgens de geruchten geen steen meer op de andere zou staan, zijn volgens de mededeling van de directie “bijna onbeschadigd uit de strijd gekomen.”
Zaterdag 7 oktober Bij een wandelingetje ontdekt dat wat wij langs zien denderen, elke dag, nog maar een klein gedeelte is van wat er totaal Eindhoven verlaat in de richting Nijmegen. Ook zware tanks gaan van tijd tot tijd weer voorbij, en steeds maar kanonnen. Gisterenavond 20 zware tanks in richting den Bosch. O wat gaat het anders over het algemeen langzaam in ons land! Het zal wel niet anders kunnen. We hebben nog nooit zoveel soldaten in onze stad gehad. Op elk stukje weiland staan auto’s en tenten.
Tine was bij V&D, het krioelde er van Tommies, die ansichten en prulletjes kochten; bij de bloembollenhandelaar: kon het haast niet af, van al de “bulbs” die naar Engeland en Amerika moesten gestuurd; in de krant: winkeljuffrouw gevraagd, vlot Engels sprekende, enz. enz.
Ik heb ontdekt dat ik in dienst ben bij Philips-Willemstad (Curaçao), bijkantoor Eindhoven! Het eerste nummer van de Vrije Philips Koerier ontvangen (na het vorige bombardement, 2 jaar geleden, verscheen ook een Philips koerier, maar zonder Vrij er voor). De Tommies spelen geregeld voetbalwedstrijden tegen de plaatselijke clubs, alles ten bate van de slachtoffers van het bombardement.
Zondag 8 oktober Behalve het “gewone” militaire verkeer kwamen er vandaag over ons pleintje rollen: 52 stuks van de allerzwaarste tanks, afmetingen zowat tweemaal jullie huiskamer, op twintig wielen binnen de metalen rupsband rustend. Op de bochten zijn de straatstenen zowat vergruizeld. Ze gingen richting den Bosch. Het geschutvuur is nu zo verwijderd, dat we alleen ‘s-nachts nog wel eens wat horen in de verte.
Zaterdag 21 oktober Vandaag hebben we de droevige zekerheid gekregen, dat onze radio verloren is. Nog heel wat mensen hebben hem terug gekregen, maar onze hebben de moffen blijkbaar meegenomen. Wij zouden graag door ruilhandel een nieuwe op de kop willen tikken, en er worden ook wel radio’s aangeboden, maar ... ze vragen er motorfietsen, piano’s en salon ameublementen voor! [advertentie 20-10-1944 ED]
Vrijdag 3 november. Tine gaat voor het eerst weer op “expeditie” uit: ca 40 km heeft ze gefietst om appels op de kop te tikken! Overal nog de sporen van gevechten: uitgebrande auto’s, onontplofte projectielen, stukgeschoten huizen en bomen langs de wegen. Haastig gegraven graven. Verwoestingen in de dorpen, vooral Best. In de meeste dorpen zijn de kerken kapot: de Moffen hebben de gewoonte om op alle kerktorens observatieposten in te richten, en van daaruit het gevecht te leiden. Voor de Engelsen schiet er dan niets anders over, als om ze er uit te schieten. Ook de Domkerk [= Sint-Petrusbasiliek] in Oirschot (een van de grootste en mooiste kerken van Brabant) is zeer zwaar gehavend. [zie bovenstaande foto]
15 dec.- 1 januari
Zaterdag 16 dec.: Eerste vliegende bom (V 1) op Eindhoven, ca 1 1⁄2 km van ons vandaan. x),
---- x) Het blijkt gelukkig ook de laatste geweest te zijn.
Een geweldige slag. Ca. 15 huizen volkomen verwoest, tien andere zwaar beschadigd (voorlopig onbewoonbaar). Tien doden en een groot aantal gewonden. Met zegt, dat het projectiel aangeschoten was. [ Er waren zestien doden en ruim zestig gewonden, waaronder een aantal zeer zwaar gewonden.]
Dit alles is door ons met grote belangstelling op de kaart gevolgd, maar steeds met de bijgedachte: laten ze ons land steeds links liggen?
Bouma was verbonden aan het Natuurkundig laboratorium van Philips in Eindhoven als assistent van 1928 tot 1930 en als natuurkundig onderzoeker van 1933 tot zijn dood.
Van 1930 tot 1933 studeerde hij in Utrecht, waar hij in november 1933 onder Ornstein zijn licentiaatsdiploma behaalde: "Beitrag zur Dynamik der flüssigen Kristalle",
Desondanks zijn ziekte kon hij tussen september 1944 en april 1945 het manuscript van zijn latere boek "Physical aspects of colour: an introduction to the scientific study of colour stimuli and colour sensations en drie andere publicaties voltooien.
In 1946 is dit uitgegeven als boek: Kleuren en kleurindrukken. Belangrijk geweest bij de ontwikkeling van kleuren TV. Zie ook hieronder.
Piet Bouma woonde met zijn gezin op het Franklinplein 1.
Zijn gezin bestond in 1944 uit hemzelf, zijn vrouw Tine, en zijn twee dochters Emmy (6 jaar) en Irene / Ireentje (3 jaar).
Bouma gespecialiseerd in de theorie van verlichting en colorimetrie, waarin verschillende publicaties van zijn hand zijn verschenen in Physica en in de Proceedings van de "Kon. Ned. Akad. van Wetenschappen". Hij schreef ook veel artikelen voor de Philips Technical Review. Verder leverde hij waardevolle diensten aan de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (Ned. Stichting 'v. Verlichtingskunde).
IN MEMORIAM Dr. BOUMA
Na een langdurige ziekte is te Eindhoven overleden Dr. P. J. Bouma, werkzaam in ons Natuurkundig Laboratorium. Woensdagmiddag werd zijn stoffelijk overschot ten grave gedragen. De baar werd gevolgd door vele collega's van het Natuurkundig Laboratorium. Aan de groeve werd namens den Raad van Bestuur gesproken door Ir. J. M. Verff, door Dr. D. Vermeulen namens het Nederlandsch Genootschap voor Verlichtingskunde. Dr. W. de Groot sprak namens de collega's van het Natuurkundig Laboratorium.
De Vrije Philips Koerier, 25 januari 1947, 3e jaargang nr.16
Dr. BOUMA 14 april 1908 - 19 januari 1947
Andere boeken en artikelen:
Gezichtsscherptemetingen bij diverse lichtsoorten, Auteur: P J Bouma, Bron: De ingenieur ; Uitgever: Eindhoven Laboratoria, N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken 1934
Physiologisch-optische Grundlagen für die Probleme der Luftschutzverdunklung Auteur: P J Bouma; Philips' Gloeilampenfabrieken. Natuurkundig Laboratorium. Uitgever: [S.l.] : [s.n.], 1941.
Contrastrijkheid bij natriumlicht kwiklicht en wit licht Auteur: P J Bouma Bron: De ingenieur ; Uitgever: Eindhoven Laboratoria, N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken 1934
Gezichtsscherpte en waarnemingssnelheid bij wit licht en natriumlicht Auteur: P J Bouma Bron: De ingenieur Uitgever: Eindhoven Laboratoria, N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken 1934
Verblinding Auteur: P J Bouma Bron: Polytechnisch weekblad, Uitgever: Eindhoven Laboratoria, N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken 1935
Vervorming van geluidstrillingen bij voortplanting door de lucht Auteur: P J Bouma Bron: Nederlandsch tijdschrift voor Natuurkunde, Uitgever: Eindhoven Laboratoria, N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken 1936
Beitrag zur Dynamik der flüssigen Kristalle ...
Auteur: P J Bouma Scriptie/Proefschrift : Scriptie/Dissertatie Taal: Duits Uitgever: [Haarlem], [1933]