Familie Spoelstra-van der Veen biedt hulp aan onderduikers.

Ella Schöndorff-Meijer en haar zoon Rudolf in Eindhoven

Jaap Spoelstra werkt bij Philips bij radiobuizenfabriek op een afdeling waar proeven werden gedaan. Hij is in 1930 getrouwd met Klazina van der Veen uit Friesland. Jaap, oorspronkelijk ook een Fries, woonde en werkte in 1930 al in Eindhoven bij Philips.
Na hun huwelijk zijn ze samen in de “lichtstad” gaan wonen. Tussen 1930 en 1944 kregen ze drie kinderen: Sicco, Wim, Jaap jr. In 1944 is het vierde kind op komst: Ada. Het echtpaar woont tijdens de oorlogsjaren in de Musschenbroekstraat 60 te Eindhoven. Een totaal nieuwe woonwijk en met 134 m2 een redelijk ruime woning.

Begin maart 1944 worden ze door het verzet (vanuit Philips of L.O.?) benaderd om onderduikers te huisvesten. Hoe dit contact verlopen is, is onduidelijk. De grootste informele verzetshaarden bij Philips waren het NatLab en de radiobuizenfabriek en daar werkte Jaap. Bij de buizenfabriek waren meer verzetsmensen actief zoals: Th. Tromp, Elkerbout, Reuchlin en Van Boven.
Jaap twijfelde of hij onderduikers wilde opnemen, de Duitse bezetters traden steeds harder op en de doodstraf voor zijn gehele gezin stond op het spel.

Wie waren die onderduikers?  Ella Schöndorff-Meyer en haar zoon, de vijfjarige Rolf ((Rudolf).

foto 2016 streetview Google. Musschenbroekstraat 60

Situatie Musschenbroekstraat 60 Eindhoven. In de buurt woonden diverse verzetsmensen maar ook NSB-ers

Onderduikers

Kurt Schöndorff, Essen, 8 april 1908 – Auschwitz, 5 maart 1944

Ella Schöndorff-Meijer, Amsterdam, 31 juli 1911 – Blaricum, 8 juni 1997

Edgar Simon Weinberg, Breslau, 11 juni 1910 – Blaricum, 21 februari 1994

Onderduikers

Over de belevenissen van deze onderduikers is al veel geschreven door de historischekringlaren.nl en door de nabestaanden van deze tragedie. Zie bronnen.
Hoofdpersonen voor de Eindhovense situatie zijn Ella Schöndorff-Meyer en haar zoon, de vijfjarige Rolf (Rudolf) Amsterdam, 10 januari 1938 - heden).

In 1942 kregen Kurt Schöndorff en Ella Schöndorff-Meyer en hun zoon Rolf, de opdracht van de Duitse bezetter om vanuit Laren, verplicht te verhuizen naar Amsterdam.

Extra informatie:
Mei 1942: Veel Joden van buiten Amsterdam moeten naar Amsterdam verhuizen en worden ingekwartierd bij andere Joden. Alle Nederlandse Joden moeten een Jodenster dragen vanaf 3 mei 1942. Opzet van de Duitsers is om met die verhuizing alle Joden te concentreren in aparte wijken, om ze dan later eenvoudiger te deporteren. Het leeuwendeel van deze Joodse personen is later omgebracht.

Door deze verplichte verhuizing besloot het gezin Schöndorff onder te duiken. Zij kregen hierbij hulp van Joodse kennis: Edgar Simon Weinberg. Hij was voor de oorlog piloot in de burgerluchtvaart en vliegtuigtechnicus vliegveld Ypenburg. De Schöndorffs vonden een onderduikplek in Laren. Ella en Kurt werden naar één adres gebracht en hun zoontje Rolf werd op een ander adres verstopt.

In december 1943 moesten Ella en Kurt vertrekken van hun schuiladres. Gelukkig vonden ze een nieuw adres en verstopten zich in het zeer ruime huis van Johanna Bartels en haar dochters Mia en Els, adres: Bijenstand 1 Laren. Hun vader en man ir. Jan Bartels actief bij Ordedienst (O.D.), was al toen al gearresteerd. Hij was direct in het verzet, als reserveofficier, gegaan tegen de Duitse bezetter. Hij werd op 26 september 1941 gearresteerd en overleed later in gevangenschap.

Zijn echtgenote, Annie Bartels-Striethorst, verborg, ondanks het verzetsverleden van haar man, het echtpaar Walter Kattenburg en zijn vrouw Sophia Kattenburg-Polak. En van december 1943 Kurt Schöndorff & Ella Schöndorff-Meijer. Ook piloot Edgar Simon Weinberg voegde zich bij de andere onderduikers. Een tijd ging de situatie goed, hadden ze speciale verberg- en slaapplaatsen en ze versierden beenderen van koeien waarmee ze nog wat verdienden, door het als ‘kostbaar ivoor’ te verkopen.

Op 16 februari 1944 werd echter een inval in het huis gepleegd, door de Duitse bezetter, op basis van verraad door hun hulp in de huishouding die een verhouding had met een lid van het Duitse leger. Zij heeft hiervoor na de oorlog gevangenisstraf gekregen.
Op dat moment wist alleen Ella Schöndorff te ontsnappen, zij was toevallig in een andere ruimte van het huis. Ze rende naar buiten en het lukte haar om zich te verstoppen.
Ondanks de inval was nadien, in dit huis, een illegale radiozender en wapendepot gevestigd. De dochter des huizes, Els Bartels, vocht samen de knokploeg "Nijmegen" tegen de vijand. De andere dochter Mia was ook actief in het verzet.

Ella Schöndorff die op 16 februari 1944 wist te ontsnappen kreeg dezelfde dag nog hulp van verschillende mensen zoals Zusje Sinaasappel. Ze vond later onderdak op 8 maart 1944 in Laren bij Paul Brinkman en Mieke Brinkman--Overmeijer (Ze ontvangen in febr. 2020 de  YadVashem), waar ook haar zoon was ondergedoken. Dit was dezelfde dag dat haar man en de vader van Rolf in Auschwitz vergast werd. Deze moord komt ze pas na de oorlog te weten.

Het was gevaarlijk voor Ella om in Laren te blijven en daarom hielp het verzet Ella en haar zoon om in contact te komen met een ondergrondse groep in Laren die weer contact hadden met Eindhoven. De groep stuurde een koerier om Ella en haar zoon per trein te vergezellen naar Eindhoven, waar ze op 8 maart 1944 werden voorgesteld aan de familie Spoelstra. Jaap Spoelstra aarzelde aanvankelijk om ze op te nemen omdat hij zich zorgen maakte over zijn drie kinderen, maar Klazina Spoelstra drong aan ondanks het feit dat ze zwanger was van hun vierde kind. Het echtpaar Spoelstra vertelde hun kinderen en buren dat Ella en Rudolf de vrouw en zoon waren van een gearresteerd verzetslid.
Tijdens hun verblijf werkte Ella als huishoudster bij de Spoelstra's. De plaatselijke groenteman, een lid van de NSB, kwam bijna elke dag langs om eten te verkopen. Omdat Rudolf echter toevallig op de Spoelstra-kinderen leek en Ella er niet Joods uitzag, vermoedde hij nooit iets. Maar ze bleven vooral uit het zicht en voornamelijk binnen.
Na de bevrijding van Eindhoven op 18 september verbleven ze tot de bevrijding in mei 1945 nog in Eindhoven. Daarna vertrokken ze weer naar Laren.
Na de oorlog trouwde Ella met Edgar Simon Weinberg en onderhielden ze een warme band met de Spoelstra's. 

foto familiefoto 1949 © archief Steven Weinberg. V.l.n.r. staand: Klazina (“tante Klaas”) Spoelstra - van der Veen met voor haar: dochtertje Ada, Jaap (“oom Jaap”) Spoelstra, zoon Wim Spoelstra, Ella Weinberg (weduwe Schöndorff, geboren Meijer), Rolf (Rudolf) Schöndorff (zoon Ella), mogelijk Jaap Spoelstra jr.
Hurkend op de voorgrond: Steven Weinberg (zoon van Ella en Edgar, geboren 22 oktober 1946).
Niet op de foto staat de oudste zoon: Sicco Spoelstra.

Na de oorlog

Op 21 augustus 1991 erkende Yad Vashem Klazina Magdalena Spoelstra-van der Veen als Rechtvaardige onder de Volkeren.
Bron: https://righteous.yadvashem.org

Op 10 februari 2020 ontvangen Paul & Mieke Brinkman-Overmeijer erkening van de Yad Vashem

Het echtpaar Bartels krijgt in 1987 postuum, een straatnaam in Laren Het Bartelspaadje met ondertitel "echtpaar actief in verzet 1940-1945".

Edgar Weinberg kwam na de oorlog terug en vond Ella Schöndorff nog in leven, evenals haar zoon Rolf (toen 7 jaar oud). Zij woonden van 1945 tot 1960 in Laren op de Drift 27 (tegenwoordig 35). In 1946 werd hun zoon Steven geboren. In 1960 verhuisden zij naar Frankrijk en keerden in 1966 terug naar Laren, waar zij tot hun dood woonden aan de Paviljoensweg 6. 

Edgar Simon Weinberg schrijft, in 1997, een boek over zijn ervaring met de titel: “Fragment uit Edgar Weinberg, Witness of the Century".
Uitgegeven in eigen beheer door zijn zoon Steven Weinberg, Luxemburg, 1997. (delen van dit boek zijn vertaald te lezen bij https://historischekringlaren.nl/terug-naar-bijenstand-1/ en bij https://www.joodsmonument.nl/nl/page/445028/de-bijenstand. Opmerkingen https://historischekringlaren.nl/aanvullingen-en-reacties-artikel-de-bijenstand-1-1944/
Geen aanwezigheid van dit boek in universiteitsbibliotheken of archieven gevonden.

In De Telegraaf 9-3-1985 [online te lezen], staat een uitgebreid artikel, van Edgar Simon Weinberg, in de Weekendbijlage, pagina 3 en 4 over zijn waargebeurde belevenissen in gevangenschap. 
De schrijver: Edgar S. Weinberg uit Laren, werd in februari 1944 via Westerbork naar het concentratiekamp Auschwitz gedeporteerd. Toen de Russen in januari 1945 naderden, voerden de Duitsers duizenden gevangenen op gruwelijke Todesmarschen af naar andere kampen op Duits grondgebied. Edgar Weinberg kwam op die manier in Blechhammer terecht. Daar speelt dit verhaal zich af.

Met dank aan Steven Weinberg voor aanvullingen en opmerkingen.
Laatste wijziging: 30 nov. 2021


aankondiging ondertrouw

Ondertrouwd

Leeuwarder Courant 25 - 8 - 1930
**Ondertrouwd:

K. M. VAN VEEN.
J. SPOELSTRA.
Leeuwarden, Polderstraat 3.
Eindhoven, Kaneelstraat 10.
Huwelijksvoltrekking 23 sept. 1930
Toekomstig adres Daguerrestraat 17 Eindhoven.