vlnr: Frits Philips en ir. Ν.A.J. Voorhoeve, 4 februari 1945 op bezoek bij H. M. Koningin Wilhelmina, (Philips, Nationaal Steun Fonds (NSF) en namens de gereformeerde kerken uit het Zuiden).
Foto zie Hilda Verwey Jonker of BeeldbankWOII
Dr. Nico Voorhoeve was belast met de leiding van het N.S.F. (Nationaal Steun Fonds) in de provincie Noord-Brabant. Hij heeft ten behoeve van dit fonds door middel van een staf medewerkers gelden opgenomen en verzameld. Gelden zijn hoofdzakelijk uitbetaald aan de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO)
De heer Voorhoeve transporteerde het geld in een linnen zakje op de borst of liet zijn vrouw dit doen in havermout pakjes. Geld kwam van één bepaalde bank, waar het niet in de administratieve verwerkt was. In Eindhoven opereerde hij met de schuilnaam Bob de Graaf. Hij of zijn echtgenote was een vaste bezoeker die dit steungeld kwam brengen voor onderduikers op het geheime adres 13A. Dit was de vakkleding winkel van Wielinga in de Nieuwstraat was de koerierscentrale.
In october 1946 is er een kort verslag in de vorm van een interview met hem gehouden. Wanneer begon Uw activiteiten ?
Eind 1941- begin 1943 [ waarschijnlijk 1942]. Ik heb gelden opgehaald voor personeel van Philips, dat moest onderduiken. Philips had afzonderlijke duikorganisatie die per maand f. 15.000,-- à f. 18.000,-- steun ontving, alles à fonds perdu [zonder vooruitzicht op terugbetaling], voor de helft van Philips-personeel, voor andere helft van N.S.F. Deze steun aan de afzonderlijke Philips organisatie duurde tot de bevrijding.
Op welke manier nam U geld op?
Bestond een onderscheiding naar 3 categorieën: A, B, en C gelden.
A-geld werd opgenomen à fonds perdu (geschonken dus)
B-geld geleend met belofte van teruggave na de bevrijding.
C-geld bestond uit bankbiljetten van f. 500,-- en f. 1.000,- , welke na de bevrijding ook zouden worden teruggeven.
In het algemeen geschiedde lening op basis van vertrouwen. Toch kreeg geldschieter wel een bewijs, namelijk een oud-effect, waarvan Dr. Voorhoeve op een lijst aangetekende de naam van het effect het nummer, het bedrag en de naam van de geldgever. Op het effect stond niet meer aangetekend, dan bijvoorbeeld, goed voor Fl..5.000,-- Ook buitenlandse bankbiljetten, waarvan er uiteraard maar één met hetzelfde nummer in omloop was, golden met een soortgelijke aantekening als bewijs voor de geldschieter. Na de bevrijding vroegen de geldgevers op aanvraagformulieren, gestaafd door effecten op buitenlandse bankbiljetten, hun gelden terug bij het Centraal bureau van het N.S.F.
Iman van de Bosch had een microfoto onder berusting van een volmacht tot geldopname van minister-president Gerbrandy. Deze volmacht werd natuurlijk aan niemand ooit als bewijs getoond.
Methode van de administratie.
De LO vulde schadeformulieren in, waarop vermeld personele gegevens van de gesteunde en steunbedrag per maand. De LO zond maandelijks borderellen aan Voorhoeve, zodat deze kon zien, hoeveel geld nodig was. [Onder een borderel verstaan we een begeleidingsbrief die bij waardepapieren, handelsdocumenten of betalingsopdrachten wordt verstrekt en die instructies en aanvullende gegevens bevat met betrekking tot de verwerking van deze documenten.] Deze borderellen vermeld- den bv. J 11 F.20,--. J-categorie (bv. Joden, militairen, studenten etc.) 11-volgnummer en het bedrag per maand aan steun
De schadeformulieren werden regelmatig aan Amsterdam doorgegeven. Zij waren geperforeerd en werden van elkander gescheurd naar A'dam gebracht. Bovenhelft vermelde naam, beneden helft adres. Wel droegen zij eenzelfde volgnummer. Bij de huisnummer werd daarentegen steeds een bepaald getal bijgeteld, terwijl de district aanduiding met Romeinse cijfers plaatsvond. In Noord-Brabant heeft het N.S.F. f. 2.000.000,-- uitgegeven.
In Eindhoven werd 1 à 2 ton per maand uitgegeven gedurende de laatste maanden vóór de bevrijding. In totaal gaf district Eindhoven uit f. 133,000,-- en verzamelde f.120.783,--.
De heer Voorhoeve had Eindhoven ingedeeld naar de volgende confessionele richtingen: Katholieken, Gereformeerden. Hervormden, Baptisten, Niet Kerkelijken.
N.S.F. in Noord-Brabant is pas goed georganiseerd in januari 1944. Door geschetste administratie-methode was controle mogelijk. Soms werden steekproeven genomen. Er is nooit fraude bij de medewerkers ontdekt. Administratie-methode had aldus een psychologisch effect.
Verslag aanwezig NIOD Amsterdam - archief 251a Stichting LO - LKP
Dr.Ir.N.A.J. Voorhoeve woont tijdens de oorlogsjaren Eindhovenseweg 54 Geldrop.
Zijn gezin laten tijdens de oorlog ook een Joods echtpaar "Sally en Duidje" onderduiken.
Bron RHC-eindhoven / Boek Acht eeuwen Eindhoven dl1, blz 389, Jan van Schagen.
Brief aan Dr.Ir.N.A.J. Voorhoeve
Bedrag fl 15.000 dat Mr. Holla (schuilnaam Harry) en leider van de L.O. in Noord-Oost Brabant nodig heeft gehad om een gevangenen vrij te kopen. Geleend van firma Lentjes & Drossaerts in Den Bosch, een bank instelling. De heer D. Gelderblom wil het niet betalen uit gelden van N.S.F. Uiteindelijk is het bedrag
De persoon die vrij is gekocht was Sjaak Vrij, vertelt Holla in 1979 aan Frans Dekkers. Sjaak Vrij was een KP-er, woonde in Den Bosch Ophoviuslaan 104, zoon van eigenaar Baggerbedrijf 'De Volharding'. Sjaak is veel later werkzaam als Directeur-Generaal vervoer in Den Haag. Hij overleeft de oorlog dankzij een corrupte Nederlandse SS-er, die hem laat ontsnappen.
De brief is gestuurd namens de stichting Nationaal Steunfonds, Fellenoord 15 Eindhoven. In de laatste oorlogsmaanden was hier de postcentrale van de LO en KP gevestigd
Voorhoeve is op dat moment verbindingsofficier Militair Gezag in Amsterdam.
De brief dateert 15 mei 1945, 10 dagen na de bevrijding van Nederland en is verstuurd door J. Heemstra.